Tips voor comfortabel kamperen in de winter

 ALGEMEEN

• Neem pantoffels mee voor in de tipi. Ook makkelijke schoenen/instappers voor als je vanuit de tipi naar het toilet moet zijn altijd handig om bij je te hebben.
• Voorkom het betreden van de tipitent met sneeuwlaarzen ed. De sneeuw dooit in de tipi en de matten en het tapijt worden  vies en nat. Ook als je kleren bijvoorbeeld onder de sneeuw zitten dan is het aan te raden om de sneeuw af te kloppen of af te vegen, zodat de sneeuw binnen niet ontdooit en je jas en kleren daardoor nat worden.
• Mocht je kleding (en handdoeken!) nat of vochtig zijn geworden, hang ze dan  aan de lijn in de tipi, dan zijn ze, als de kachel brandt, snel weer droog.  Zet je schoenen ’s avonds  in de binnentent (eerst vuil en sneeuw eraf), bijvoorbeeld onder de kachel. Dan zijn ze ’s ochtends bij het aantrekken niet bevroren.
• Als je door de weersomstandigheden gedwongen wordt in de tent te koken, doe dit dan met de grootst mogelijke voorzichtigheid. Zet de brander op de inloopmat in de buurt van de ingang zodat je de brander indien nodig snel naar buiten kunt krijgen . Op de houtkachel kun je natuurlijk wel een pannetje soep, stoofpotje, of een theeketel met water opwarmen, maar pas wel op met morsen !
• Wanneer het vriest, doe dan alles dat niet mag bevriezen (toiletartikelen, lenzenvloeistof, sommige etenswaren, vers fruit) in een koelbox. Vul eventueel een kruik met warm water en leg dit in de koelbox.

OVERDAG

• Wanneer je in de tipi bent en het is koud, dan steek je natuurlijk de houtkachel aan, dan wordt het binnen de kortste keren behaaglijk warm. Maar je zit natuurlijk niet de hele dag in de tipi. Daarom hier wat tips om het warm te houden wanneer je buiten bent:
  • Het is veel makkelijker om warm te blijven dan om warm te worden. Zorg voor voldoende warme kleding mee (ook handschoenen/wanten, een warme muts en een sjaal).  Katoen is minder warm omdat het vocht op de huid vasthoudt. Onderkleding is ook belangrijk. Lang ondergoed onder een skibroek beschermt goed tegen de kou.
  • Actieve bezigheden overdag houden het lichaam   Ook regelmatig calorierijk en warm voedsel eten en veel warme dranken drinken helpt.  Voorkom tijdens pauzes (bij wandelen of fietsen) dat je te snel afkoelt. Je grootste vijand daarbij is de wind, want die zorgt ervoor dat de warmte van je lichaam zeer snel wordt afgevoerd. Kies dus  een plek waar je niet  in de wind zit en kan het niet anders zorg dan voor een winddichte jas. Doe tijdens een pauze een muts op.
  • Zorg er voor dat je jezelf ook weer niet te warm aankleedt. Doe je dat wel en ga je zweten, dan zul je ook veel sneller afkoelen. De warmte komt van jouw lichaam en die warmt op zijn beurt jouw kleding op, niet andersom. Wanneer jouw lichaam klam wordt van vochtigheid, ga je afkoelen. Je doet er dan goed aan om te veranderen van kleding.   Bij warme kleding hoort de term ‘laagjes’. Een laag om het eventuele zweet op te vangen, een laag om je warmte vast te houden en een laag om je te beschermen tegen wind en water van buitenaf. Dit is veel efficiënter  dan 1 enkele dikke jas met een dun t-shirt eronder.

‘s  NACHTS

• Als je gaat slapen is de kachel in de tipi uitgedoofd. En dan kan het natuurlijk flink afkoelen in de tipi.  De  inflatable matras in de tipi biedt voldoende isolatie tegen koude omstandigheden maar daarmee ben je er nog niet. Om te voorkomen  dat je gaat afkoelen (en daardoor minder goed gaat slapen) enkele tips om het ook ’s nachts warm te houden:
  • Een goede nachtrust zorgt ervoor dat je de volgende dag weer fit bent. Het kan soms helpen om een klein beetje te lopen voordat je gaat slapen zodat je wat opgewarmd bent ( maar let op dat je niet gaat zweten ). Wat je ook kan doen is iets eten, bij voorkeur iets vettig. Je lichaam moet hier langer over doen om dit te verbranden en zal dus warmte blijven aanmaken.
  • Zorg voor  een slaapzak die speciaal bestemd is voor koude temperaturen; heb je die niet neem dan  voldoende warme dekens mee om over en onder je slaapzak te leggen.  Beter mee verlegen dan om verlegen…..
  • Maak elkaar gedurende extreem koude nachten (<-10ºC) regelmatig even wakker en controleer of tenen en oren niet bevriezen.
  • trek droge sokken en ondergoed aan en  zet  een (slaap)muts op.
  • Neem een kruik mee en vul die ’s avonds met warm water. Lekker om de slaapzak mee voor te verwarmen. Heb je geen kruik dan kun je natuurlijk ook elkaar als kruik gebruiken.
  • Wie ’s ochtends het eerste wakker is kan alvast de kachel aanmaken. Duik daarna nog eerst even de warme slaapzak in en wacht totdat de tipi lekker is opgewarmd.